Al 53 jaar Monteverdilaan... ‘En nog geen dag verveeld’
De Rembrandtflat aan de Monteverdilaan. Wie kent hem niet? Mevrouw Veerman woont er al 53 jaar. Als jong gezin trokken zij en haar man in de -toen nog splinternieuwe- flat. ‘En nog steeds heb ik me geen dag verveeld.’
Klein naar groot
‘Mijn man zei nog: “Als je maar niet denkt dat ik op een flat ga wonen.” Maar we woonden met drie kinderen in een piepklein huis. Dus ik zei: “Laten we gaan kijken, je weet maar nooit.” Ik zie het nóg voor me: we stapten binnen en jeetje... wat groot! Vier slaapkamers, voor ons was dat natuurlijk prachtig. En 1-hoog, dus de kinderen konden zelf naar buiten om te spelen. Mijn man was meteen om.’
Henry
‘De verf was nog maar net droog ‘of híj́ moest zo nodig komen’, knikt mevrouw Veerman naar haar zoon. Henry lacht. ‘Ik ben in dat kamertje geboren’, wijst hij. ‘Met knalpaarse muren, toen heel modern. We woonden hier prima met z’n zessen. Ging er iemand uit huis, dan schoof je een kamertje door. Mijn broers en ik waren veel buiten, rond de flat. We haalden kattenkwaad uit of sleutelden aan brommers. Zo ging dat in de jaren ’80.’
Gezellige boel
‘Mijn man werkte, ik runde de boel thuis’, vervolgt mevrouw Veerman. ‘Met vier kinderen was het een druk huishouden. Zodra Henry naar school ging, werd ik klaar-over op het kruispunt hier voor de flat. We hadden veel aanloop, onze woonkamer zat altijd vol. Mijn man was een hele gezellige man. Toen hij 8 jaar geleden overleed, waren we bijna 60 jaar getrouwd. Hij maakte graag een praatje en bracht veel tijd door in de garage beneden om met anderen motoren te repareren. En als we met een groep gingen rijden, verzamelden we allemaal hier. Eén grote, gezellige boel. Wat hebben we genoten, hè Henry?’
“De koffie is warm”
Bankje
Inmiddels woont Mevrouw Veerman alleen. ‘Gelukkig heb ik nog steeds veel aanloop. “De koffie is warm”, zeg ik altijd.’ Een echte aanwinst is volgens mevrouw Veerman het bankje buiten bij de ingang van de flat: ‘Bij mooi weer zitten we daar te kletsen, heel gezellig. Soms is er een borrel of barbecue. Veel buren kennen elkaar al 20 of 30 jaar. Een aantal woont hier net zo lang als ik. Je kent elkaars levensloop.’
Beste plek
Thuis zit mevrouw Veerman het liefst in haar stoel voor het grote raam. ‘Ik heb in mijn leven nooit zoiets duurs gekocht. Maar oh, wat is die stoel het waard. Soms, als ik niet kan slapen, zit ik hier even in het donker en kijk ik naar de lichtjes buiten. Op het kruispunt is altijd wel wat te zien, ook 's nachts. Je hebt hier geen tv nodig!’
Kapsones
‘Mijn man zei altijd: “Zorg voor de plantjes, blijf bezig.” Dat doe ik, al kan ik minder.’ Henry: ‘Ik help met stofzuigen en afstoffen. Visje erbij...’ Mevrouw Veerman grapt: ‘We kletsen meer dan dat we iets doen! Maar even zonder dollen: Henry is een hele grote steun. Dat zeg ik nooit, anders krijgt ’ie kapsones.’ Henry lacht bescheiden: ‘In onze familie zijn we allemaal betrokken. Als er iets is, dan zijn we er. We hebben een goede band, het is mooi om dit samen te doen.’